Het kasteel "De La Coste" ligt in de vallei van de Velpe op 350 m van Zuurbemde (straat) en is via een zijweg met deze straat verbonden. Sinds 1965 is dit kasteel een bejaardentehuis. Het heet nu “Arcadia“.
De hoeve Festraets stond volgens de Ferrariskaart (1771 - 1778, WAENRODE 131 (T 1) (3) in U-vorm op 375 m ten zuiden van de kerk van Zuurbemde en was door een veldweg verbonden met de oude weg naar Hoeleden.
In 1820 - 1825 bouwde Edmond-Charles de la Coste het middelste gedeelte van het kasteel met vijf traveeën, een verdieping met viervlakkig dak en een terras in het midden. Het is in neoclassicistische stijl opgetrokken: een middenrisaliet (het zuidelijk vooruit springend deel) heeft op de benedenverdieping drie rondboogvensters, drie rechthoekige vensters op de eerste verdieping en drie halve vensters in het dak. Er is een mooi verhoogd terras met balustrade aan deze zuidwestelijk gerichte voorgevel. Onder de kroonlijst zijn steigergaten aangebracht, afgeboord met zandsteen. Dit gedeelte staat naast andere hoevegebouwen in de Atlas der Wegen (1841-1845).
In 1850 bouwde de la Coste aan het centrale deel de twee zijvleugels in hoefijzervorm, die telkens eindigen op een vierkantig paviljoen. De hoeve werd toen afgebroken. In de zuidwestelijke gevels van deze paviljoenen bevindt zich telkens een grote deur met rondbogen. De meeste vensterschijven zijn nog in geblazen glas. De zuidoostelijke gevel van het oorspronkelijk vierkante gebouw heeft aan de vrije zijde een groot raam met een ruit uit één stuk. Deze doet dienst als een soort spiegel voor de rechthoekige vijver, die als een klein “petit canal” in zuidoostelijke richting ligt.
Binnenin vindt men nog mooie schouwen en mooi stukwerk aan de zolderingen. Vroeger vertrok uit de as van het hoefijzer een dreef of koetsweg van 1,5 km lang, die uitgaf op de provinciale weg Tienen - Diest. Van deze dreef is nog een stuk (350 m) bewaard gebleven.
Achter het kasteel ligt een Engelse tuin met twee vijvers. Een ijskelder met koepelgewelf staat nog langs de randweg van het park, op 75 m van het kasteel in noordoostelijke richting. Dit was vroeger de “ koelkast" van het kasteel. Tijdens de winter werden dan door de werklieden grote ijsblokken uit de vijver gehakt . Deze moesten het vlees, dat aan haken hing, helpen bewaren tijdens de warme periode, tot de nieuwe slachttijd in de herfst of winter. Een ijskelder stak gedeeltelijk in de grond en was meestal nog flink met aarde en gras als natuurlijke isolatie bedekt. De ingang aan de noordzijde is dichtgemetseld. Een gedeelte van de oude tuinmuur is bewaard gebleven.